Door Pieter Stockmans, Amnesty-activist en deelnemer aan het Amnesty-kamp op Lampedusa
De heuvel van de schaamte, waar migranten moesten slapen |
* Op 15 april 2011 werd een boot, vertrokken vanuit Libië met 230 migranten uit Sub Sahara Afrika, gered door 3 boten en helikopters van de kustwacht en één boot van de marine,40 mijl ten zuidoosten van Lampedusa. De golven waren meer dan 2 meter hoog. De wind was krachtig. De boot kreeg veel water binnen. Onder de migranten 28 vrouwen en 12 kinderen werden allemaal aan boord geholpen van één van de boten van de kustwacht.
één van de boten op het 'botenkerkhof' |
Van drie kanten rukt de Italiaanse kustwacht aan. Op de hoge golven is het geen klein kunstje om een boot van de kustwacht relatief stabiel naast die van de migranten te plaatsen. De kustwacht reikt de migranten één voor één de hand, om hen aan boord te helpen. Van zodra de laatste persoon is gered, roept iemand “Siamo liberi!”, we zijn vrij! Dat moment komt als een verademing: iedereen is in handen van de Italianen en dus in Europa; uit de handen van de situatie die ze zijn ontvlucht en de zee die hun graf had kunnen zijn.
snapshot uit Liberi |
een casette op één van de boten, in het Arabisch |
Aan het woord is Don Stefano:
Don Stefano |
De heuvel van de schaamte, er liggen nog broeken |
“Iemand zien zonder onderdak en hulp, confronteert ons met onze menselijke waardigheid en onze plicht om anderen in nood te helpen. Ik vergelijk deze heuvel met de heuvel in Jeruzalem waar Jezus Christus aan het kruis is genageld. Hij stierf om ons te confronteren met onze verantwoordelijkheid als mensen, om goed te doen.”
“De Italiaanse politici in het noorden van het land zouden een dergelijke crisis nooit toelaten op hun grondgebied. Eigenlijk waren we de vergogna, de schaamte, voorbij. Italië had de crisis makkelijk kunnen vermijden. We hebben de noodsituatie dus zelf gecreeërd. 6000 migranten tegenover de bevolking van Rome of Milaan, dat is niks. Maar tegenover 5000 Lampedusanen? Dat is toch een schande? Daarom hebben wij op 20 maart een protestbrief geschreven aan de Italiaanse regering, een appel van de Christelijke gemeenschap van Lampedusa. Pas daarna is de regering oplossingen beginnen uitwerken.”
“De burgemeester van Lampedusa zei: ‘Lampedusa wordt geweld aangedaan.’ En hij heeft gelijk. De regering heeft met opzet zoveel mensen op ons kleine eiland gelaten. Zelfs als de Lampedusanen dat zouden willen, 6000 migranten opvangen op Lampedusa is simpelweg onmogelijk. Lampedusa heeft daar niet de infrastructuur voor. Maar het is geen kwestie van centen, want de situatie werd gecreëerd vanuit Rome.”
“Het is niet makkelijk oplossingen te vinden voor de moeilijke situatie van Lampedusa, maar op zijn minst is er een politieke wil nodig, een positieve wil. Lampedusa heeft het geluk om op deze adembenemende plek te liggen in het midden van de Middellandse Zee. Maar dan moeten we ook de uitdagingen van die plek erbij nemen.”
“Wij, als Lampedusanen hebben vooral de vertraging en de slechte wil van onze regering veroordeeld. Iedereen – de ordediensten, de hulpdiensten, de bevolking – heeft hier samengewerkt om aan de situatie het hoofd te bieden, een situatie die de regering zelf had gecreëerd.”
“De rest van Italië heeft de acute nood van de Tunesiërs niet zelf beleefd. De Lampedusanen zaten er midden in. Zo waren zowel de Lampedusanen als de Tunesiërs alleen, beiden geraakt in hun waardigheid.”
“Het is onze plicht om kwetsbare migranten op te vangen, maar we moeten het gewicht beter verdelen over Italië. De minister van Binnenlandse Zaken Roberto Maroni was er snel bij om van Europa solidariteit te vragen. Maar wie zijn wij om solidariteit te vragen als we zelf niet eens solidair kunnen zijn? Wie zijn wij om andere Europese lidstaten te vragen de opvang van migranten te verdelen, als we dat niet eens in Italië kunnen? We moeten onze plicht als Italianen vervullen tegenover mensen in nood. Als wij dat niet eens zelf kunnen, moeten we het niet aan anderen vragen.”
“De regering zei dat er terroristen onder de Tunesiërs konden zitten. Er bestaat zeker een risico, maar de eerste boodschap van de regering was om Italianen bang te maken in plaats van de solidariteit te benadrukken. ‘We laten geen terroristen binnen op het Italiaanse grondgebied’ hoorden we. Op dat moment waren er al 6000 Tunesiërs op Lampedusa. Lampedusa behoort dus niet tot Italië?”
“Het is belangrijk om te praten met de migranten en hen als mens te leren kennen. Ook al was er geen gemeenschappelijke taal, er is altijd de taal van het hart. En onze ogen begrepen elkaar. ‘Ik zoek gewoon wat rust’, dat is een zin die me is bijgebleven uit verschillende gesprekken met Tunesiërs en vluchtelingen uit Libië in februari. Wij hebben mensen bijgestaan met hygiënische problemen. Er waren ook spanningen, maar vooral een groot begrip van de Lampedusanen voor de situatie van de migranten. Ook bij de ordediensten van Lampedusa heb ik een grote menselijkheid gezien. Enkel een groet is al veel. De andere is geen nummer, de andere is een mens. Dat is voor mij het meest fundamentele.”
Iemand uit het publiek vraagt waarom de journalisten maar één kant van Lampedusa laten zien als hier zoveel menselijkheid is? Don Stefano antwoord streng: “Ze willen sensatie. Ik heb in de pers zelfs citaten van mij zien verschijnen die ik nooit heb gezegd. Veel nieuws is simpelweg nooit gepasseerd. Solidariteit verkoopt niet.”
Pieter Stockmans
Geen opmerkingen:
Een reactie posten