donderdag 13 oktober 2011

Bezoek aan San José de Apartadó - deel 2

Door Wendy Van Dyck, Amnesty-activist

Vertrek naar La Esperanza
De nicht van onze gids Jairo is vermoord door de guerilla. Onze planning werd daarom aangepast: de groep trok naar het gehucht La Esperanza. Daar woonden haar ouders en daar was haar begrafenis. Wel ironisch: La Esperanza is Spaans voor “de hoop” en wij moesten daar naar toe voor een begrafenis. Ze heette Nelly Gloria en ze had 3 kinderen van 12, 8 en 2 jaar. Ze werd waarschijnlijk vermoord omdat haar ex-man de FARC had verlaten.



tocht door het bos
We moeten 4 uur door het bos stappen. Terug door de modder en in de hitte. Mijn hart deed pijn. Iemand vermoord. Een begrafenis. Mensen die verdriet hebben. Ik dacht de hele tijd aan het liedje “Muertos muertos en nombre de quièn” (Moord, moord, in wiens naam?). Ik kende de vrouw niet maar ik voelde me slecht, verdrietig, boos, kwaad,…

Ondertussen brachten ze het lichaam ook naar La Esperanza. Ze passeerden ons. Ze waren met paarden. Zij was gewikkeld in een toegevouwen zwarte hangmat.


Er werd een varken geslacht
In La Esperanza staan maar een paar huisjes. Maar voor de begrafenis werden er ongeveer 200 personen verwacht. Er werd een varken geslacht en uitgebeend. Bomen werden afgekapt en in stukken gekapt. De kist werd gemaakt.

Ik wilde graag helpen met iets. Maar ik was een “toerist”, dus ze lieten me niet werken.



Wat rusten in de hangmat
Flavio en Elisabeth waren water aan het koken voor onze terugreis. Ik heb dan wat gerust in de hangmat. Maria Rita was aan het spelen met een kindje en foto’s aan het nemen.

Jairo kwam naar mij en zei dat ik niet triestig moet zijn.“Es normal. Es la vida colombiana” (Dit is normaal. Dit is het Colombiaanse leven). Blijven gelukkig zijn en blijven doorgaan zei hij met een lach. “Niet triestig zijn” zei hij. Ik begrijp niet hoe hij zo rustig kon blijven in hun wereld. Nee, dit is niet normaal.

Ik keer terug naar België, waar ik niet bang moet zijn dat mijn broer of zus worden vermoord. Waar mijn moeder niet wordt gedwongen om te koken voor guerillero’s. Of waar mijn vader niet onder druk wordt gezet om van zijn land te verdwijnen omdat daar net een of ander metaal in de grond zit. Mijn 5-jarig nichtje kan gewoon elke dag naar school gaan. Ik keer terug naar België. Maar Jairo, hij blijft in Colombia. Net zoals de andere mensen van de Vredesgemeenschap. Dikke sh*t is het.


's Avonds kwam iedereen bijeen
Na ons gesprek konden we gaan eten. Als “toeristen” mochten we dus als eerste aan tafel gaan. Onderweg zag ik een vrouw aan het wenen. Het was de moeder van Nelly Gloria. Haar tranen blijven me lang bij. Na ons avondmaal passeerden we het huis waar Nelly Gloria lag. We bleven buiten stilstaan. Haar oudste dochter stond bij haar bed. We hoorden haar. Ze weende en zei. “Mama, waarom ben je naar buiten gegaan. Mama, waarom? Ik zal sterk zijn mama. Mama, ik zie je graag.”

wordt vervolgd...

Wendy Van Dyck

_______________

Geen opmerkingen:

Een reactie posten